Na het volgen van de training is de praktijkondersteuner:
- in staat om het voetonderzoek met het monofilament volgens protocol uit te voeren, de uitkomsten op de juiste wijze te interpreteren en de patiënt van een passend advies te voorzien.
- op de hoogte van de wijze waarop het voetonderzoek met het monofilament door de pedicure en podotherapeut wordt uitgevoerd, waardoor er duidelijkheid ontstaat over de grenzen, beperkingen en werkwijzen van elkaars beroepen.
- op de hoogte van de verschillende soorten voetencrèmes en in staat de patiënt hierover te adviseren.
De training draagt bij aan het vergroten en verdiepen van het netwerk van de praktijkondersteuner met de pedicures en podotherapeuten uit haar regio. Dit verbetert de samenwerking met de zorgverleners die betrokken zijn bij de voetzorg van de patiënt en verlaagt de drempel om naar elkaar te verwijzen.
De opbouw van de training is gericht op kennisoverdracht, netwerken en wederzijds begrip.